Een belangrijk onderdeel van de woonlasten zijn de servicekosten. Veel huurders betalen maandelijks naast de kale huur namelijk ook een (voorschot)bedrag voor leveringen en diensten van de verhuurder aan de huurder(s). Maar wat houden deze kosten precies in? De volgende kosten kunnen vallen onder de noemer ‘servicekosten’:
- Kosten voor energie (bijvoorbeeld voor elektriciteit, gas en water). De verhuurder kan deze kosten doorberekenen bij individueel verbruik, of de kosten verdelen aan de hand van een verdeelsleutel;
- Kosten voor huisvesting, materialen en het salaris van de huismeester. Bij deze kosten mogen alleen de kosten voor de werkzaamheden van de desbetreffende huurder worden opgenomen. Deze dienen te worden verdeeld aan de hand van een redelijke verdeelsleutel;
- Administratiekosten. Over het algemeen bedragen de administratiekosten 5% van de totale servicekosten;
- Kosten voor schoonmaak en herstelwerkzaamheden;
- Kosten voor het gebruik van meubels en stoffering. Hiervoor kan per jaar 20% van de verkoopwaarde in rekening worden gebracht.
De verhuurder is verplicht per jaar een overzicht van de gemaakte kosten over te dragen aan de huurder van de woning. Zo heeft de huurder inzicht of de kosten redelijk zijn.